Martigny, Via Roma-Aventicum-Londinum, Photo: TES

Bijna alle wegen naar Aventicum in Romeins Zwitserland

Aventicum (Avenches) was de hoofdstad van het Helvetische territorium (Civitas Helvetiorum) dat rond 15 voor Christus werd ingelijfd bij het Romeinse Rijk, en was in die tijd een van de belangrijkste steden van Zwitserland.

Avenches, het huidige kleine middeleeuwse stadje, was het politieke en administratieve centrum van Romeins Helvetia en had op zijn hoogtepunt ongeveer 20.000 inwoners. De oude stad lag verder naar het oosten, met een havengebied en kanaal dat tegenwoordig is opgedroogd.

De stad groeide snel toen het in 71 n. Chr, door keizer Vespasianus tot kolonie werd verheven en de naam Colonia Pia Flavia Constans Emerita Helvetiorum Foederata kreeg.

Keizer Vespasianus en zijn zoon keizer Titus woonden ook een tijd in Aventicum. De stad werd eerst door keizer Augustus bij de provincie Gallia Lugdunensis gevoegd na haar integratie in het Romeinse Rijk, daarna bij de provincie Gallia Belgica) en uiteindelijk bij de provincie Germania superior in 85 n. Chr.

De stad ontsnapte ternauwernood aan de ondergang in 69 n. Chr. nadat ze de kant van Galba koos tegen Vittelius en zijn 21e legioen dat gelegerd was in Vindonissa (Windisch). Vittelius won van Galba, maar werd een paar maanden later verslagen door de aanhangers van Vespasianus en door hen vermoord na de inname van Rome. Deze overwinning redde Avenches.

De heersende elites, de Keltische adel, gebruikten hun politieke macht om hun economische belangen te beschermen en besloten de romanisering te bevorderen en zich aan te sluiten bij het model van Rome.

Door een orthogonaal stratenplan, kenmerkend voor Romeinse steden, met rechthoekige blokken (insulae) die voornamelijk bestemd waren voor woningen en ateliers voor ambachten, werd Aventicum de hoofdstad van een uitgestrekt gebied dat een groot deel van het Zwitserse Plateau besloeg. Het kon profiteren van zijn bevoorrechte positie in het wegennet van het Romeinse Rijk en binnen het bevaarbare netwerk dat het met de Rijn verbond. De stad lag aan de route van Rome, Martigny naar Londen!

Oude documenten en archeologische vondsten hebben het belang van Avenches aangetoond bij het opzetten van communicatienetwerken door het Romeinse bestuur op de route die Besançon (Vesontio) met Augst (Augusta Raurica) verbond via Pontarlier (Abiolica), de Jougne-pas, Yverdon (Eburoduno), Studen (Petinesca) en Solothurn (Salodurum).

En verder naar het noorden, via de Doubs-route via Mandeure, zorgde een route voor een verbinding tussen de Rhône-Saône-as en het stroomgebied van de Rijn. Er was ook een route die Avenches verbond met de transalpiene route van de Grote St. Bernard naar het Meer van Genève via Moudon (Minodum), Oron (Viromagus) en Vevey (Vivisco).

Naast deze hoofdroutes waren er nog andere wegen, die de stad met het Meer van Genève en het meer van Konstanz (Bodensee) verbonden.

De as van de drie grote meren van de Jura: Neuchâtel, Biel en Murten, en het stroomgebied van de Aare tot aan de Rijn, speelden een belangrijke rol. Avenches beschikte over een haven en kanaal aan de zuidelijke oever van het meer van Murten (lac de Morat). Het kanaal was 800 meter lang en 7 meter breed, waardoor twee transportboten elkaar konden kruisen. Het havengebied was verbonden met het wegenverkeersnet.

Duizenden tonnen kalksteen, marmer en andere materialen werden hierheen vervoerd voor de bouw van prestigieuze villa’s, insulae, openbare gebouwen, baden, forum, theater en amfitheater, heiligdommen en andere monumentale bouwwerken, evenals luxe goederen. De necropolissen lagen aan de noordelijke rand van de stad.

Aventicum was een kosmopolitische Romeinse provinciehoofdstad.

(Bron : D. Castella, « Territoire et voies de communication », dans AvenchesCapitale des Helvètes, Association Pro Aventico, Avenches 2003).