De tentoonstelling ‘ Im Bad der Farben – Renoir und Monet an der Grenouillère’ brengt voor het eerst twee iconische werken van het vroege impressionisme samen.
Twee jonge schilders – Pierre-Auguste Renoir en Claude Monet – brachten de zomer van 1869 naast elkaar door, net buiten Parijs. Ze waren allebei ambitieus en wilden tableaus maken met levensechte taferelen.
Ze vonden deze taferelen in hun frequente bezoeken aan een plaatselijke badplaats genaamd La Grenouillère op het Île de Croissy aan een zijtak van de Seine. De twee kunstenaars maakten zes schilderijen van deze droomachtige zomerscène die een revolutie in de Europese kunstgeschiedenis teweeg zou brengen.
Renoirs Grenouillère uit de Oskar Reinhart Collectie ‘Am Römerholz’ en zijn zusterschilderij van Claude Monet uit de National Gallery in Londen zijn nu voor het eerst naast elkaar te zien.
Monets kleine individuele studie van twee boten uit de Kunsthalle Bremen maakt het ensemble compleet. De tentoonstelling bevat ook andere bruiklenen met bewegend water, geïnspireerd op de Grenouillère-schilderijen.
Reproducties van andere werken die in de Grenouillère zijn geschilderd en historische documenten worden aangevuld met hedendaagse opnames van de beroemde locatie.