Savognin. Photo/Bild: TES.

Oberhalbstein of Surses

Deze regio in het kanton Graubünden herbergt niet alleen talrijke kunstschatten en nationaal erfgoed (de Karolingische kerk St. Peter in St. Mistail bijvoorbeeld), maar is ook een oude doorgangsroute van Noord naar Zuid en omgekeerd.

De Julierpas was al ten tijde van de Romeinen in gebruik en op de pas (2284 m.) zijn twee Romeinse zuilen de stille getuigen.

De Septimerpas is echter altijd een concurrent geweest, ook al ten tijde van de Romeinen. De  Septimerpas  leidt direct naar Bergell en  Italië, terwijl  na de Julierpas de Malojapas nog op de weg naar Bergell ligt.

Na de ingebruikname van de Splügenpas en de Gotthardpas in de dertiende eeuw  werden de Julierpas en de Septimerpas steeds minder gebruikt.

Door het opkomende toerisme en de verbreding van de Julierweg (Julierstrasse) in de  negentiende eeuw neemt de Julierpas en daarmee Oberhalbstein weer in  belang toe.

Vanaf Chur gingen talrijke postkoetsen over deze pas naar Oberengadin. Het Posthotel Löwen in Mulegns was een belangrijke rustplaats.

De opening van de eerste Gotthardtunnel in 1882 en de Albula-spoorlijn in 1903 maakten de Julierweg echter minder relevant.

Daar kwam nog bij dat in Graubünden tot 1925 een rijverbod voor auto’s gold. Pas in 1925 werd dit verbod door een referendum opgeheven. Voor de regio was het echter te laat en ze lag buiten de belangrijkste toeristische- en handelsroutes.

Tot de opkomst van het massatoerisme was Oberhalbstein of Surses in het Reto-Romaans in een diepe slaap verzonken. Dit veranderde vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw.

Vanaf Tiefencastel  (vlakbij  het Karolingische klooster van St. Mistail) gaat het via de kloof Crap Ses (of door de tunnel) naar het dal en het schitterende natuurpark Ela. Via Savognin, en Rona leidt de Julierweg vervolgens naar Mulegns en het Marmorera- stuwmeer.

Marmorera

Het plaatsje Marmorera is in  1954 in de golven verdwenen en elders herbouwd (na een referendum). Bivio is het laatste dorp aan de voet van de Julierpas. Bivio heette in de Middeleeuwen Stabulum Bivio, de stal op de splitsing (bi via). Met reden, want hier bestaat de keus van de Septimerpas, de Julierpas of de Stallerberg.

Bivio is een knooppunt van drie culturen en talen: de Duitsprekende Walser van Avers, het Italiaans van Bergell en het Reto-Romaans.

In Bivio zijn Duits en Reto-Romaans de voertaal al wordt er ook Italiaans gesproken, ook na de fusie met andere gemeentes in het dal (Cunter, Marmorera, Mulegns, Riom, Salouf, Savognin, Parsonz, Sur en Tinizong-Rona).

Deze gemeente heet Sures en telt ongeveer 2 500 inwoners.  Na het nemen van de Julierpass is Oberengadin bereikt.

Allegra.