De Confoederatio Helvetica
12 September 2023
De afkorting CH is afgeleid van de officiële Latijnse benaming “Confoederatio Helvetica“. Curia Confoederatis Helveticae (CH) staat op de gevel van het Bondspaleis in Bern en op de Zwitserse Frank.
De alpherder en niet Wilhem Tell. 5 Frank uit 1920.
Zwitserland is daarmee het enige Europese land met een Latijnse afkorting en zonder taalkundige relatie met de huidige naam. De naam Helvetica verwijst naar de Keltische stam der Helvetiërs die meer dan 2000 jaar geleden het Zwitserse mittelland bewoonde.
Bern, Bundeshaus
Melide, Swiss Miniature
Een bondgenootschap van de Orte Uri, Schwyz en Unterwalden vormde het (officiële) begin van de huidige Zwitserse Confederatie. De term kanton stamt uit de 16e eeuw. Dit verbond werd meer dan zeven eeuwen geleden, rond 1291, bekrachtigd met een eed, vandaar de naam Eidgenossen en Eidgenossenschaft.
Dergelijke allianties tussen steden en regio’s waren in die tijd gebruikelijk. Ook andere steden, bijvoorbeeld Bern en Freiburg, sloten al decennia vóór 1291 allianties. Het bijzondere van deze allianties is dat ze hebben geleid tot het huidige land met zijn 26 soevereine kantons!
Het Hanzeverbond (van de 12e tot de 16e eeuw), de Rijnlandse stedenbond (1254-1257, 1381-1389), de Schmalkaldische bond (1530-1546), de Zwabische stedenbond (1331-1381), de Zwabische bond (1488-1534) en bijvoorbeeld de Tienstedenbond of Decapolis (1354-1679) zijn voorbeelden van bondgenootschappen die alleen voor kortere of langere tijd hebben bestaan.
Het verbond van 1291 is in 1315 vernieuwd. Het document is bewaard gebleven en is tegenwoordig te zien in het Bundesbriefmuseum in Schwyz.
Landesmuseum Zürich, de Tagsatzung van de 13 kantons (boven) en een kopie uit latere tijd van de Oorkonde van 1291 (beneden)
De confederatie ontwikkelde zich in de loop der eeuwen. Zo ontstond in 1513 geleidelijk een Eidgenossenschaft van 13 Duitstalige kantons (alleen Fribourg/Freiburg was tweetalig) zonder Grondwet.
Ook het huidige kanton Graubünden toont het unieke karakter van de Confederatie. Graubünden bestond in de late middeleeuwen uit drie soevereine confederaties: de Gotteshausbund (1367), de Obere– of Graue Bund (1395 ), vandaar de naam Graubünden, en de Zehngerichtenbund (1436). Deze drie soevereine republieken verenigden zich in 1524 tot de Freistaat der Drei Bünde. Deze soevereine staat werd een bondgenoot van de Confederatie en uiteindelijk in 1803 een kanton.
De Vrede van Westfalen (1648) bevestigde de onafhankelijkheid en soevereiniteit van de Zwitserse Confederatie. Na annexatie van een deel van het bisdom Basel in 1792/1793, viel het Franse leger in 1798 Zwitserland binnen. Napoleon stichtte vervolgens de Helvetische Republiek (1798-1803), een eenheidsstaat zonder onafhankelijkheid van de eeuwenoude kantons, naar het voorbeeld van de Bataafse Republiek (1795) in Nederland. Het verzet van de kantons was echter zo sterk dat deze republiek in 1803 ophield te bestaan.
Bild: Nidwalder Museum, Stans
In 1803 richtte Napoleon door de Acte de Médiation/ Mediationsakte een nieuwe confederatie op (1803-1813). Deze confederatie omvatte de dertien oude kantons en de zes nieuwe kantons (Aargau, Ticino, St. Gallen, Thurgau, Vaud en Graubünden). De confederatie telde 19 soevereine kantons.
Na de nederlaag van Napoleon en het Congres van Wenen in 1815 bestond de nieuwe confederatie uit 22 kantons, waaronder de nieuwe kantons Wallis, Genève en Neuchâtel. Deze confederatie was gebaseerd op een overeenkomst (Bundesvertrag) tussen de kantons. Er was nog steeds geen Grondwet. Het kanton Jura ontstond in 1979 als afsplitsing van het kanton Bern, waartoe het sinds 1815 (Congres van Wenen) behoorde.
Na de Sonderbundoorlog van 1847 tussen katholieke kantons die geen sterke confederatie wilden en protestantse en enkele katholieke kantons die wel een sterke confederatie wilden, bevestigde de federale grondwet van 1848 de grondslagen van de huidige confederatie.
De revisie van 1874. Collectie Landesmuseum Zürich
In 1874 en 1891 zijn twee belangrijke instrumenten ingevoerd waarmee de burgers (sinds 1971 ook vrouwelijke kiesgerechtigden) de federale wetgeving en zelfs de Grondwet kunnen beïnvloeden: het facultatief referendum (voor federale wetgeving) en het volksinitiatief voor de opname van nieuwe artikelen in de Grondwet. Het verplichte referendum voor een grondwetswijziging door de regering bestond al in 1848.
De grondwetswijziging van 1 januari 2000 bevestigt de verhouding tussen de Confederatie, de kantons, de gemeenten en de burgers en het primaat van het federale recht boven het kantonnale recht.
De Confederatie is bevoegd op alle gebieden die haar uitdrukkelijk door de Grondwet zijn toegewezen, dat wil zeggen uitsluitend na instemming van de burgers en de kantons. Andere taken en bevoegdheden vallen onder de verantwoordelijkheid van de kantons. De kantons delegeren op hun beurt bevoegdheden aan de gemeenten.
Ook binnen de kantons en gemeentes hebben de burgers het laatste woord in referenda en volksinitiatieven. Ook op dit niveau hebben de burger het laatste of zelfs het eerste woord!
De nationale regering wordt de Bundesrat/Conseil fédéral genoemd. De grondwet voorziet in zeven ministers voor zeven departementen in de regering.
Het nationale parlement
Het Zwitserse parlement bestaat uit twee kamers. De Eerste Kamer of nationale vertegenwoordiging (Nationalrat/Conseil national) en de Tweede Kamer of senaat, de Raad van Staten (Ständerat/Conseil d’Etats) vertegenwoordigt de zesentwintig kantons. Samen vormen deze twee kamers de Nationale Vergadering (Bundesversammlung/Assemblée fédérale). Deze bestaat uit 246 leden: 200 leden van de nationale vertegenwoordiging en 46 leden van de Raad van Staten.
De 46 leden van de Raad van Staten vertegenwoordigen hun kanton met twee afgevaardigden per kanton. Zes kantons (Obwalden, Nidwalden, Basel-Stadt, Basel-Landschaft, Appenzell innerrhoden en Appenzell Ausserrhoden) hebben een zetel.
Landsgemeinde Trogen (Kanton Appenzell Ausserrhoden) 1814. collectie: Kantonsbibliothek Appenzell Ausserrhoden
De grondwet erkent de gemeenten, de oudste organen van Zwitserland. Zij bestonden al lang vóór de kantons en veel langer vóór de Confederatie van 1848.
Zwitserland is gebouwd op het subsidiariteitsbeginsel. (Gedelegeerde) macht wordt zo mogelijk eerst door de gemeenten, dan door de kantons en vervolgens door de Confederatie uitgeoefend. Beslissingen moeten indien mogelijk worden genomen door degenen die er rechtstreeks mee te maken hebben. De gemeenten zijn de microlaboratoria van de directe democratie, gevolgd door de kantons.
Elk kanton heeft zijn grondwet, zijn parlement, zijn regering en zijn rechtbanken. De kantons zijn soeverein, tenzij zij bevoegdheden hebben afgestaan aan de Confederatie. Op veel gebieden (waaronder gezondheid, onderwijs, justitie, politie, belastingen) hebben zij een hoge mate van autonomie.
Bundeshaus, de 26 Kantons, kanton Jura is er 1979 bijgevoegd
De gemeente is de kleinste politieke eenheid in Zwitserland. Er zijn ongeveer 2.200 gemeenten. De gemeenten vervullen de taken die hun door de kantonale grondwet zijn toegewezen. In de grotere gemeenten, ongeveer één op de vijf, wordt de wetgevende macht vertegenwoordigd door een parlement, in de andere door een gemeentevergadering waaraan alle stemgerechtigde inwoners kunnen deelnemen.
Politie, justitie en rechtspraak
De kantons hebben soevereiniteit over de organisatie van justitie en de rechtspraak, maar binnen het kader van en met respect voor het federale recht, de federale grondwet en internationale verdragen. De hoogste rechtbank is het Federale Hooggerechtshof (Bundesgericht/Tribunal fédéral) in Lausanne. Het heeft drie gespecialiseerde hoven in Bellinzona (strafrecht), St. Gallen (bestuursrecht) en Luzern (sociale zekerheidsrecht).
Conclusie
Zwitserland is in taalkundig, religieus, cultureel en economisch opzicht een verdeeld land. Toch functioneert het land op politiek niveau (relatief) goed. De 26 fonteinen voor het federale parlement symboliseren deze eenheid in de verscheidenheid van de kantons.
De directe democratie, het federalisme, subsidiariteit en het kiesstelsel zijn de pijlers van het systeem. Het kiessysteem heeft een unieke combinatie van evenredige vertegenwoordiging voor de nationale vertegenwoordiging en de absolute meerderheid per kandidaat bij uitvoerende organen (het dagelijks bestuur) van de kantons en gemeentes en de senaat) in algemene verkiezingen.
Genève, federaal referendum, september 2022
In 1848 was dit echter niet vanzelfsprekend. Het land is ontstaan uit een middeleeuws verbond van overwegend soevereine Duitstalige plaatsen en kantons. Tussen 1291 en 1848 waren er talrijke (gewapende) conflicten tussen de kantons of zelfs binnen afzonderlijke kantons. De slogan unus pro omnibus, omnes pro uno bij de ingang van het federale parlement in Bern kwam pas echt tot zijn recht in en na 1848.
In de grondwet dateert van 1848 bepalen de kantons en het Zwitserse volk de bevoegdheden van federale overheid en haar instituties.
De laatste decennia is de macht echter naar boven verschoven en staat de autonomie van de gemeenten en kantons onder druk. Deze discussie is actueel in een tijd van vele crises. De centrale vraag is: hoe kunnen zelfs grote problemen op zo’n laag mogelijk niveau worden opgelost, het principe van subsidiariteit, en zo ja, functioneert het milizsystem nog wel adequaat?
Er is een verschil tussen de kantons en het Zwitserse volk als oprichters van de Confoederatio Helvetica en de Confederatie anderzijds. Het volk en de kantons zijn en blijven soeverein, tenzij bevoegdheden zijn overgedragen aan de Confederatie. Het volk en de kantons kunnen dit (theoretisch) echter te allen tijde terugdraaien.
Bern, het Bundeshaus
Melide, Swiss Miniature